Urker sliptong
Omdat we iets te vieren hadden en omdat het een mooie lentedag beloofde te worden, stonden Urk en Workum vandaag op ons programma. Workum vanwege onze museumjaarkaart, die we toch elke maand wel een keertje willen gebruiken. Workum is een klein karakteristiek Fries dorpje waar we het Jopie Huisman Museum hebben bezocht. Jopie handelde in lompen en metalen, hetgeen hem ook de inspiratie gaf tot het maken van zijn schilderijen. Hij schilderde zeer realistisch, schoenen en kleding en maakte mooie pentekeningen van landschappen en alledaagse voorwerpen. Beslist een aanrader!
Maar voordat we naar Workum gingen (het museum ging pas om 13.00 uur open) zijn we langs ons favoriete Urk gereden. Favoriet door het restaurant “De Kaap” onderaan de vuurtoren, en zoals de naam al doet vermoeden: op de punt van Urk. Bij De Kaap beleefden ze vandaag een primeur: wij waren de eerste gasten van 2011 die eten kregen geserveerd op het terras. Het was nog even wennen voor de ober: “Hoe moet de wijnkoeler ook al weer aan de tafel gehangen worden…?”, maar de setting was weer geweldig. Strakblauwe lucht, bijna geen wind en volop zon.
Bij dit weer, op deze plek, hoort maar één juiste bestelling: gebakken sliptongetjes met een fles droge witte wijn. De tongetjes waren zo klein dat we er zelfs 4 op ons bord kregen, met een garnituur van schorseneren in roomsaus (waar kom je die nog op de kaart tegen?) en grote eigengemaakte frieten. De Australische Sauvignon Blanc smaakte er voortreffelijk bij.
*Sliptongetjes zijn kleine zeetongen. Een sliptong is zo klein dat hij gemakkelijk door de mazen van het net slipt; sliptongen worden gevangen met een sleepnet. Het woord slip komt van slippen of slepen. Sommigen noemen deze tongetjes ook wel slibtongetjes omdat de netten door het slib of modder, zouden gaan, maar dat is etymologisch niet correct. Officieel moeten deze ondermaatse tongetjes teruggegooid worden in zee, maar de Urker vissers denken daar gelukkig anders over.