Er zijn tal van manieren om aubergine te bereiden, maar zoals Ottolenghi ze maakt in zijn overbekende gerecht: aubergine met karnemelksaus, komt de aubergine toch wel het best tot zijn recht. Heerlijk gegrild met wat kruiden tot het vruchtvlees romig, notig en zoet smaakt. Een frisse saus van Griekse yoghurt, karnemelk en granaatappel maken het geheel tot een oogstrelend plaatje en hapje.
Aubergine bevat o.a. Nasunine en Chlorogeenzuur, antioxidanten, die het lichaam beschermen tegen vrije radicalen. Ze werken als antivirus, antibacterieel en versterken hierdoor het hele imuunsysteem. Reden waarom aubergines ook wel gezien worden als kankerbestrijdend voedsel. In de Engelstalige landen wordt aubergine Eggplant genoemd, waarschijnlijk vanwege z’n eiervorm. Het vruchtvlees bevat bovendien veel vezels, heeft een neutrale smaak maar kan soms wel een zweem van bitterheid hebben.
Naast de aubergines met karnemelksaus heb ik nog gevulde koolrolletjes gemaakt. Rolletjes van savooiekoolbladeren gevuld met een mengsel van ui, kool, rode paprika, selderij, linzen en feta. De vulling lekker Oosters gekruid met djinten (kummel), munt en een vleugje kerrie. Bij deze maaltijd mis ik totaal geen aardappelen, rijst of pasta, maar voor wie toch iets wil, past een stuk stevig boerenbrood er prima bij.