Recept (brunch of diner) voor 2 personen:
- 8 kleine struikjes witlof
- 50 gr roomboter
- 2 etl suiker
- 2 thl verse tijmblaadjes
- 5 sneden oud brood (wit, bruin, of beide)
- 75 gr geraspte Grana Padano
- 1 bolletje Mozzerella
- 125 ml (soja)room
- olijfolie om in te vetten
*naar een recept van Ottolenghi
- Verwarm de oven voor op 200 graden.
- Snijd de witlof in de lengte doormidden en verwijder het kroontje.
- Gebruik twee pannen of karameliseer de witlof in porties. Smelt de roomboter met de suiker op matig vuur (voor twee pannen: in ieder pan de helft van de boter en de suiker). Wanneer de boter bruist leg je de witlof met de snijkant naar beneden in de pan. Druk de lof iets aan en bak ze mooi goudbruin. Het geeft niet als de suikerboter donkerbruin wordt in 3-5 minuten.
- Vet een ovenschaal licht in met olijfolie en plaats de witlof met de gebakken kant naar boven in de schaal. Giet de achtergebleven karamel ook over de lof.
- Verkruimel het brood in een keukenmachine en voeg de geraspte kaas, tijm en room toe. Er ontstaat nu een kleverige massa. Verdeel dit broodmengsel over de lof.
- Verdeel tot slot de Mozzerella in stukjes over het broodmengsel.
- Plaats de schaal in het midden van de voorverwarmde oven en gratineer de lof ongeveer 10 minuten tot de Mozzerella gesmolten is en een krokant korstje is verkregen.
- Geef er een frisse salade bij van sinaasappel, Little Gem, appel en bleekselderij.
Lees ook de bijbehorende blog-entry: Onder invloed van Ottolenghi